Vrijdag 16 oktober.
Jaarlijks wordt rond 14 oktober door Stichting Oktober 44 de reis naar Neuengamme georganiseerd. Het is 65 jaar geleden dat op zaterdag 14 oktober 1944 de mannen die tijdens de razzia in Putten zijn opgepakt, na een kort verblijf in kamp Amersfoort in Neuengamme aankomen. Behalve mannen uit Putten zij ook mannen uit andere plaatsen tijdens deze razzia opgepakt.
Dit jaar reizen 39 deelnemers naar Neuengamme om dit te herdenken. Na een voorspoedige reis arriveren wij om 13.00 uur bij het voormalig kampterrein. Het is winderig en regenachtig weer. Ook dit jaar worden we welkom geheten door Veit Buttler, de pastor. Wij bezoeken met de groep als eerste het museum. Hier geeft Veit Buttler kort algemene informatie over de geschiedenis van het kamp. Hierna is er voor iedereen gelegenheid om het museum te bezichtigen. Er is veel te zien en te lezen in het museum. De tijd is eigenlijk te kort om alles te kunnen bekijken. Na het museumbezoek lopen we over het voormalig kampterrein en bezoeken de Puttense tentoonstelling in de Waltherwerke. Deze tentoonstelling is identiek aan onze tentoonstelling in de Gedachtenisruimte in Putten.
Aan het eind van de middag rijden wij naar het hotel en kan iedereen zijn of haar spullen op de kamer brengen. Het diner vindt zoals ondertussen traditie is geworden plaats in restaurant “Zur Luttenburg” aan de Elbe. Na een voortreffelijke maaltijd wordt de dag afgesloten in de St. Johannis kerk in Neuengamme. Aan het eind van deze korte dienst zingen we Psalm 84 de verzen 3 en 4.
Na terugkomst in het hotel wordt door diverse deelnemers in de hotelbar na nagepraat over deze indrukwekkende dag. Voor een aantal deelnemers is het de eerste keer dat het voormalig concentratiekamp Neuengamme bezocht wordt.
Zaterdag 17 oktober.
’s Ochtends om 07.00 uur is het noodzakelijk dat mevrouw Koot-Ruiter een bezoek aan het ziekenhuis brengt. Gelukkig kan zij weer met ons mee naar het hotel, waar wij rond 08.45 uur arriveren. De heer en mevrouw Koot blijven achter in het hotel, waar wij ze ’s middags weer op zullen halen. De rest van de groep vertrekt naar het voormalig kampterrein voor de officiële herdenkingsplechtigheid. Bij het kampterrein worden wij opgewacht door Veit Buttler, de heer en mevrouw Mühlenfeld en een delegatie uit Ladelund. Deze 4 mensen uit Ladelund zijn speciaal naar Neuengamme gekomen om onze herdenking te kunnen bijwonen. Als eerste wordt bij de Nederlandse steen een bloemstuk gelegd door mevrouw Stolz-van de Poll en mevrouw Van Barlingen-van de Poll. Hun vader Jan van de Poll is meegevoerd met de razzia en omgekomen in Hamburg. Tot op de dag van vandaag is niet bekend waar de heer van de Poll begraven is.
Aansluitend vindt de kranslegging plaats bij de steen van Putten. Namens Stichting Oktober 44 wordt de krans gelegd door de dames Van Donkersgoed-Blok, Van Nieuwenhuizen-Blok en Jansen-van Donkersgoed. Zij zijn allen nabestaanden van Nicolaas en Adrianus Blok. Ook worden er nog bloemen gelegd door mevrouw Van Kooij en haar dochter. Aansluitend houden wij 2 minuten stilte. Hierna wordt Psalm 84 gelezen en er wordt een gedeelte gelezen uit Openbaringen 21. Met het zingen van 2 coupletten van het Wilhelmus wordt de officiële plechtigheid besloten.
Ook dit jaar reist de familie van de heer Wouterus Verhoef met ons mee. De drie nabestaanden leggen in besloten kring bloemen bij de gedenksteen van . Mevrouw Schouten-Verhoef heeft een gedicht gemaakt, wat met haar toestemming in het reisverslag mag worden opgenomen.
Het is vijfenzestig jaar geleden ’t Lijkt gisteren, en het doet nog steeds pijn. Vandaag in ’t bijzonder willen wij gedenken Allen die hier gestorven zijn. Zij werden wreed van dierbaren verdreven En weggestopt in kampen, ver van huis. Geen mens meer, maar ’n nummer en geen leven De meesten kwamen nooit meer thuis. Zij werden vernederd en geslagen Hard werken en vaak zonder brood. ’t Verdriet, de kou en honger in die dagen Zovelen vonden hier de dood. Het is vijfenzestig jaar geleden ’t Lijkt gisteren, en het doet nog steeds pijn. Maar wij mogen vast vertrouwen Dat zij voorgoed bij God geborgen zijn. G. Schouten-Verhoef |
Na de plechtigheid wordt er een bezoek gebracht aan de Gedachtenisruimte. Hier hangen de doeken met namen van de tot nu toe bekende slachtoffers. Het blijft indrukwekkend en tegelijk beklemmend om hier tussen zoveel namen van slachtoffers rond te lopen.
Ook is er nog gelegenheid om de rest van het terrein te bekijken. De weersomstandigheden zijn iets beter dan gisteren en af en toe schijnt zelfs de zon.
Na een koffiemaaltijd, aangeboden door de Duitse gastheren en – vrouwen vertrekken wij richting hotel, waar de familie Koot wordt opgehaald. Gezamenlijk vertrekken we richting de begraafplaats in Hamburg. Op het Nederlandse ereveld op Ohlsdorf zijn 350 graven, waarvan 37 graven van slachtoffers van de Puttense razzia. Bij de gedenksteen wordt door de heer en mevrouw Ruiter een bloemstuk gelegd. De vader van de heer Ruiter is hier op Ohlsdorf begraven. De nabestaanden van de heren Nicolaas en Adrianus Blok leggen bloemen bij de beide grafstenen van hun familie.
Er worden diverse graven bezocht van bekenden.
Rond 16.00 uur is het tijd voor vertrek. Na onderweg nog een stop gemaakt te hebben en iedereen nog gelegenheid heeft gehad om wat te eten, komen wij rond 22.30 uur in Putten aan. Het is ook dit jaar weer een emotionele, indrukwekkende reis geweest.