door Sanne Voets
Groep 8 van basisschool De Korenbloem in Putten leerde gisteren, samen met de klassen 8 van andere scholen, meer over de razzia in Putten. Het is toch best moeilijk voor te stellen, zo'n oorlog...
Het programma voor de negen leerlingen begint in de Oude Kerk aan het Kerkplein in Putten. Daar luisteren ze samen met hun leeftijdgenoten van andere scholen naar het verhaal van Evert de Graaf van stichting Oktober 44. Hij vertelt het verhaal over de aanslag op de Duitse officieren en korporaals en over de vergelding die daarop volgde. "De Puttenaren werden in deze kerk verzameld. Toen zijn er maar liefst 660 mannen tussen de achttien en vijftig jaar meegenomen.
Later vertelt overlevende Melis van Twillert hoe het eraan toeging in het concentratiekamp. Het slechte eten, het werk, de barakken met stapelbedden, zonder dekens slapen. "Het moet een hel geweest zijn", roept De Graaf. Zonder een microfoon is alles wat moeilijk te verstaan.
Maar de leerlingen kennen het verhaal al, omdat het ook op school al is besproken. En sommigen hebben thuis, van familie, over de razzia gehoord. "Bij mijn vader ligt een schuilkelder", vertelt Lucinda. En? Als er oorlog uitbreekt, gaan de leerlingen dan in het verzet? "Natuurlijk!" zegt Lucinda. En ook de jongens zeggen volmondig ja.
Het is best lastig om kinderen in de leeftijd van elf é twaalf jaar de ernst van de razzia bij te brengen. "Het gaat vaak wat meer leven als ik de naam van de oom van mijn vrouw laat zien, in de gedachtenisruimte aan de Dorpsstraat", vertelt meester Erik. "Dan komt het dichter bij." In de gedachtenisruimte vertelt beheerder Gert van Dompseler een verhaal dat de kinderen erg aanspreekt. "Een paar jaar geleden werd bij een boer op zolder een heel oude mitrailleur gevonden. Die is van Piet Dankaart geweest. Hij was een van de mannen die de aanslag op de Duitsers pleegden."
Van Dompseler heeft het wapen bij zich. De kinderen zijn razend enthousiast. Mike mag laten zien hoe hij denkt dat de soldaten het geweer vasthielden.
Voorgaande jaren had de stichting een lijstje met tien vragen voor de leerlingen klaarliggen. "Maar dat spreekt de kinderen meer aan", aldus Van Dompseler. Hij denkt dat het wel zin heeft om hen op jonge leeftijd meer over de razzia te vertellen. "Maar ik merk wel dat de kinderen met familieleden die van oorsprong uit Putten komen, meer geïnteresseerd zijn."
De kinderen lopen vervolgens naar het monument “De vrouw van Putten”. Daar vertelt Pieter Dekker van de stichting iets over het hof en het standbeeld. "Waar kijkt deze vrouw naar?" vraagt Dekker. "Naar de 600 hokjes, de slachtoffers", zegt een van de kinderen. "Ze waakt over ze", zegt Shirley. "Dat is heel mooi gezegd. Maar ze kijkt ook richting de kerk", zegt Dekker
Een aantal leerlingen van De Korenbloem woonde gisteravond ook met ouders en meester Erik de herdenking bij.