Izak van Keulen is in 1928 geboren in Putten. Hij maakte de razzia mee en kon ternauwernood uit de kerk ontkomen. Omdat hij groot was voor zijn leeftijd werd niet geloofd dat hij pas vijftien jaar oud was.
‘‘Ik heb 24 uur vastgezeten, eerst in de school en later, toen de vrouwen en kinderen naar huis mochten, in de kerk. Ik was pas vijftien jaar, maar omdat ik groot was voor mijn leeftijd leek ik wel achttien. Onze familie, van twaalf personen, zijn tamelijk grote mensen van tegen de 1.80 meter, op moeder en twee anderen na. Toen we zondagavond vanuit de school naar de kerk moesten stonden er allemaal Duitse militairen waar je tussendoor moest lopen naar de kerk. Daar hebben we tot maandagmorgen gezeten.
Ik ben geen NSB’er
In de kerk
We zaten de hele nacht in de kerk met al die mannen. Ik zat met leeftijdgenoten boven op een galerij en heb niet geslapen. Er was ook een jongen bij van 17 jaar, Reinier heette hij. De volgende dag kwamen zijn oom en zijn ouders hem eruit halen, want zijn oom werkte bij het Duitse transport. Maar Reinier zei: “Ik ben geen NSB’er, ik blijf hier”. Dus hij wou niet mee en was solidair met de anderen. Hij werd afgevoerd en is niet meer teruggekomen.
Vader en broers
Mijn vader en broers heb ik niet gezien in de kerk. Ik heb wel naar ze gezocht maar kon ze niet vinden. Er lagen kussens en sommige mannen probeerden te slapen. Mijn vader mocht later naar huis want hij was te oud. Maar hij ging in de kerk naar ons zoeken want hij wilde ons verstoppen in het orgel. Maar hij kon ons niet vinden. Zodoende zijn mijn broers weggevoerd en niet meer teruggekomen. Klaas heeft een graf en ligt in Osnabrück begraven. Van Henk was niets bekend, maar kreeg later toch een graf. Mijn ouders hebben er erg onder geleden, meer dan ik. Pas een jaar later realiseerde ik me wat er was gebeurd en dat je broers niet meer leefden. Je bent jong en dan beleef je de dingen toch anders.
Brand
Ik heb gezien hoe de mannen werden weggevoerd. Wij bleven in de kerk achter het raam zitten en zagen de mannen buiten op het kerkplein staan en weggevoerd werden. Toen wij later naar huis gingen, zagen we de eerste huizen in de Spoorstraat al in brand staan.
Er stond ook een boerderij die in vlammen opging. Ons huis was ook beschadigd, maar werd door vader, die aannemer was, snel weer opgeknapt. Men noemt mij de laatste overlevende van de razzia, hoewel er meer jongeren in de kerk zaten.
Maar het zou zo maar waar kunnen zijn.‘‘
Januari 2019